- This event has passed.
FIGHT FIRE WITH FIRE
3 maart 2007 - 1 april 2007
Inleiding door Sara Weyns
In de tentoonstelling “Fight Fire with Fire” stelt Tom Liekens een nieuwe reeks aquarellen en olieverfschilderijen voor: Nature Morte.
Als u in Noord-Europa leeft, is de kans groot dat alle dieren in uw omgeving min of meer gedomesticeerd zijn. Ze leven (en gaan dood) in, of nabij, de stad. Het zijn een soort makke ambassadeurs van de natuur. Net onvoorspelbaar genoeg om verwantschap te claimen met de beesten in het bos of op de prairie. Omringd door deze gedomesticeerde dieren leeft bij ons een beeld van de natuur dat overloopt van sentiment. Natuur is ontspanning, gezonde frisse lucht, spectaculaire uitzichten, hoogstens een romantisch terrein van vrijheid.
Meer nog dan met zijn vorig werk, waarin architectuur nog vaak een belangrijke rol speelden, dropt Tom Liekens ons met deze nieuwe reeks midden in die natuur. Maar hier geen glooiende heuvels, ruisende blaadjes, kabbelende stromen. Wel integendeel: de nacht is donker en de bergen hoog en oninneembaar als een fort. Het sneeuwt vaak, de ondergrond is bevrozen. De winter heeft de wereld geïnactiveerd, gesloten. In andere schilderijen woedt een storm. Bliksem en vuur creëren een totaal apocalyptisch beeld. Liekens heeft de natuur geschilderd als agressor. Toch komt zij niet zomaar als overwinnaar uit de strijd. Want in hetzelfde beeld is de homo ludens aanwezig. De spelende mens, die zoekt naar ontspanning en genot. De jagende mens. De kamperende mens. De mens die deze natuur slechts beschouwt als de bühne voor een opvoering van De Georgica,Vergilius’ advertentie voor het leven op het platteland.
Maar om die mens te kunnen identificeren heb je als toeschouwer een sleutel voor de code nodig. De vele karkassen en de grillige hoeken waaronder ze over deze landschappen verspreid liggen, lijken op het eerste gezicht te getuigen van een brutale slachting. Bij nader inzien moet dat wel een bizar bloedvergieten geweest zijn. De curieuze houdingen hebben niets realistisch: ze staan haaks – en enigszins potsierlijk – op de open plekken. In die mate zelfs, dat er een breuk onstaat tussen wat er zich op het eerste plan afspeelt, en de rest van het schilderij. Alsof de beesten daarheen getransporteerd zijn vanuit een heel andere context.
En dat blijkt zo. Tom Liekens baseerde deze reeks op de schilderijen van Frans Snyders (1579-1657), een pionier op het gebied van het Barokke stilleven. Snyders schilderde bij voorkeur voorraadkamers, waar het dode wild hoog lag opgestapeld. De meest uiteenlopende diersoorten wachtten daar op hun verwerking in de keuken: zwanen, pauwen, herten, hazen. Zelfs een reiger. Tom Liekens heeft ze als het ware uit die schilderijen geknipt, en in de zijne geplakt, waarmee hun houdingen de verklarende context verloren. Hetzelfde doet hij met elementen uit eigen oudere werken, en zelfs gedeeltes uit de verschillende werken binnen deze nieuwe reeks. Ook dat heeft hij trouwens met de barokschilder gemeen.
Zo doet de spelende mens zijn intrede in zijn schilderijen. Niet door er letterlijk geschilderd te zijn, maar door te verwijzen naar de spelende mens in de schilderijen van Frans Snyders. De jager, de bourgondiër, de levensgenieter. De schilderijen ontlenen hun betekenis aan de verwijzing naar andere schilderijen. In de jaren ‘60 plakten de poststructuralisten daar de term intertekstualiteit op, maar een term als sampelen of cut & paste spreekt vandaag wellicht meer tot onze verbeelding. Snyders leefde in Antwerpen, ten tijde van de Tachtigjarige oorlog, over het algemeen een hardvochtige omgeving. Daarin bood de Twaalfjarige Vrede (1609-1621) hem een moment van ontspanning, een welkome hervatting van het goede leven. Er werd gekampeerd en gejaagd, en wildreservaten boden gelegenheid tot gerieflijk avontuur in de natuur.
In het jonge oeuvre van Tom Liekens vormt deze reeks een rustpunt: een moment van stilte in zijn gebruikelijke storm van kleur, materialen en informatie. De schilder werkt vaak associatief: een bepaalde kleur brengt hem bij een voorwerp (een boom, een dier) of het gedrag van de verf introduceert vreemde elementen (structuren, begroeiing, weersomstandigheden). Deze associaties, en het knip- en plakwerk, leveren beelden op die geen logische, historische of geografische samenhang meer vertonen. Ze mengen kunstgeschiedenis met popcultuur, ‘goede’ smaak met ‘slechte’ smaak. Soms virtuoos, soms bewust slecht geschilderd bespelen de werken onze hang naar het decoratieve, om ons vervolgens bevreemd achter te laten. Wat dat moment van stilte betreft: geniet ervan zolang het duurt. Tom Liekens staat bekend als nature vivante.
Sarah Weyns
februari 2007